Zürich is de beste plaats ter wereld om te leven. Brussel staat op de veertiende plaats, blijkt uit nieuw onderzoek van de hr-groep Mercer. Doet dat er überhaupt nog toe, vroeg ik me af. Een paar jaar geleden deed Thomas Friedman ons toch geloven dat de wereld plat is? Locatie, stelde hij, is nog nooit zo onbeduidend geweest voor een bloeiende en innoverende economie. Niet zo, stelt een nieuw boek van de hand van Richard Florida. Locatie is doorslaggevend in het leven van mensen en het welslagen van bedrijven.
In 2005 publiceerde Thomas Friedman The world is flat. Zijn these is dat elke plek op de wereld door de oprukkende communicatietechnologie met gelijke wapens aan de start komt in de wereldwijde concurrentiestrijd. Het internet, opensourcing, outsourcing, insourcing, PDA’s en software waarmee je werk van op elke plek kan delen, zorgen ervoor dat locatie onbetekenend wordt. Goed nieuws voor ontwikkelingslanden. Zij kunnen meteen meestappen in de race om marktaandeel, winst en welzijn. Moderne communicatietechnologie zorgt er immers voor dat IT’ers, boekhouders en advocaten in het Indiase Bangalore problemen oplossen voor Microsoft in Seattle, KPMG in Stockholm en advocatenkantoren in New York. Globalisering3.0 was een feit. Iedereen leek mee, The Financial Times loofde het boek voor zijn originele inzichten en de zakenbank Goldman Sachs bedacht het boek met een prijs.
Maar er kwamen ook barsten in de platte wereld. De eerste kritische kanttekening kwam van een Harvard-professor die fijntjes liet optekenen dat 90% van alle web-, telefoon- en kapitaalverkeer lokaal is. Nu gooit professor Richard Florida de knuppel pas goed in Friedmans hoenderhok. In Who’s your city stelt Florida dat de plek waar je beslist te wonen van even groot belang is voor je persoonlijk geluk als de keuze van je partner en job. Globalisering maakt de wereld dan wel kleiner, getalenteerde mensen zullen samenhokken op enkele cruciale locaties in de wereld. Plekken waar het prettig leven is, worden magneten voor talent. Mensen gaan immers op zoek naar andere mensen die op hen lijken en met wie ze vriendschappen kunnen sluiten. De globale war on talent heeft dan tot gevolg dat bedrijven die vijvers van potentiële werknemers zullen volgen. En niet langer omgekeerd. Plekken zoals Londen, Boston en Bangalore leveren daar het beste bewijs van. Eigenaardig genoeg vond The Financial Times ook dit boek geweldig.
Is de wereld dan toch rond? Zoals in elk goed debat zit er een grond van waarheid in beide visies. Beide auteurs spreken elkaar ook niet echt tegen, al doet zoiets natuurlijk wel wonderen voor de boekenverkoop. Ja, technologie zorgt ervoor dat meer landen en regio’s kunnen deelnemen aan de wereldwijde economie. En neen, je hoeft niet langer op een bepaalde plek in de wereld fysiek aanwezig te zijn om er te werken. Maar het klopt dat levenskwaliteit, talent en economische groei een aantal supercreatieve regio’s zullen creëren. En ja, dezelfde dynamiek speelt binnen de grenzen van landen en regio’s.
De strijd om de stad of regio met het scherpste profiel, de hoogste levenskwaliteit en het grootste reservoir aan talent is dus begonnen. Steden zoals Lyon, Milaan, Barcelona, Singapore, Bangkok en zelfs Hanoi hebben dat maar al te goed begrepen. Zij zijn continu op zoek naar het nieuwste, beste en meest innoverende project voor hun stad en regio. Een regio met een beetje ambitie wil een van die overblijvende supercreatieve clusters zijn. We moeten ons dus constant durven te meten met andere steden in de wereld, nieuwe jonge mensen aantrekken met vernieuwende ideeën en ambitieuze projecten opzetten die laten zien aan de wereld dat het ons menens is. De grootste fout die we kunnen maken is denken dat de rest van de wereld op ons zit te wachten.
Lorin Parys is voorzitter van Flanders DC, de Vlaamse organisatie voor ondernemingscreativiteit. Hij schrijft deze column in eigen naam.