Dames en – bij wijze van spreken – heren. (krabt aan zijn snor) Iemand heeft mijn vrouw ingefluisterd dat het aardig zou zijn als ik hier een openbare lezing zou geven voor een goed doel. Ik vind het best. Een lezing? Waarom niet? Wat kan mij het schelen. U begrijpt natuurlijk wel dat ik geen professor ben, geen academische titels heb, maar desalniettemin heb ik mij gedurende 30 jaar inmiddels, en met een aanzienlijk risico voor mijn gezondheid en dergelijke, beziggehouden met problemen van wetenschappelijke aard, erover nagedacht, en zo nu en dan heb ik zelfs een gedegen artikel geschreven, als u ’t wil geloven – wat ik bedoel, niet echt gedegen, maar – vergeef me de uitdrukking – een soort van gedegen. In feite heb ik een zeer interessant artikel geschreven getiteld: De schadelijkheid van bepaalde insekten. Mijn dochters hebben er enorm van genoten, vooral het gedeelte over bedvlooien. Maar ik heb het nog eens nagelezen en verscheurd. Je kan alles over bedvlooien schrijven wat je maar je wilt, ziet u, maar het enige waarmee je ze kan vernietigen is gif. En wij hadden ze zelfs in de piano … Als onderwerp voor mijn lezing van vandaag heb ik gekozen – ik denk dat ik zo wel mag zeggen – de schadelijke effecten die kunnen worden waargenomen bij menselijke wezens als een direct gevolg van tabak. Zelf rook ik, maar mijn vrouw zei me dat ik vandaag moest spreken over de gevaren van tabak, wat moet ik daartegenin brengen? Over tabak? Waarom niet? […]